Ga direct naar inhoud

Deel via social media

UNESCO Werelderfgoed commercial

8 juni 2022

Werelderfgoed is van alle volkeren van de wereld, ongeacht het grondgebied waarop het zich bevindt. Werelderfgoed verbindt de diversiteit aan cultuur en natuur en draagt zo bij aan respect voor elkaar.

Korte introductie over UNESCO, Werelderfgoed en het Werelderfgoed in ons Koninkrijk.

1945 UNESCO
In Londen 16 november 1945 is UNESCO ontstaan met als missie wereldvrede. Tijdens deze dag sprak de Britse minister van Onderwijs en voorzitter van de Algemene Conferentie 'Ellen Wilkinson' dan ook de legendarische woorden:
"Since wars begin in the minds of men, it is in the minds of men that the defences of peace must be contructed."

1972 WERELDERFGOEDVERDAG
Om het Werelderfgoed te kunnen beschermen wordt in 1972 in Parijs door UNESCO een verdrag opgesteld, de zogenaamde 'Overeenkomst inzake de bescherming van het cultureel en natuurlijk erfgoed van de wereld' of kortweg: Werelderfgoedverdrag.
In 1978 worden de eerste twaalf Werelderfgoednamen op de lijst geplaatst, waaronder de Galápagos Eilanden (Ecuador).

ONS WERELDERFGOED
Nederland ratificeerde het Werelderfgoedverdrag in 1992. In de jaren die volgde heeft ons Koninkrijk 12 Werelderfgoednamen toegevoegd aan de Werelderfgoedlijst. En deze zijn allemaal te zien in deze trailer: Schokland en omgeving, Molencomplex Kinderdijk-Elshout, Willemstad - Curaçao, Ir. D.F. Woudagemaal, Droogmakerij de Beemster, Rietveld Schröderhuis, Waddenzee, Grachtengordel van Amsterdam, Van Nellefabriek, Hollandse Waterlinies*, Koloniën van Weldadigheid en de Neder-Germaanse Limes.

Meer over de Hollandse Waterlinies
De Hollandse Waterlinies vertellen het bijzondere verhaal van de verdediging van ons land met water als bondgenoot. In oorlogssituaties werden namelijk in de Hollandse Waterlinies brede stroken land onder water gezet: inundatie. Zo werd het land onbegaanbaar voor soldaten, voertuigen of paarden. Tegelijkertijd was het water te ondiep om doorheen te varen met boten. Door water op deze manier in te zetten kon Nederland het economisch hart van het land beschermen tegen de vijand. De Hollandse Waterlinies vormen één verdedigingslinie van meer dan 200 km.

Door de opkomst van het vliegtuig verloren de Hollandse Waterlinies hun betekenis. Nu is dit landschap vol ingenieuze waterwerken en forten uitgegroeid tot bijzondere natuurgebieden.

Het gedeelte van de Hollandse Waterlinies rondom Amsterdam (Stelling Van Amsterdam) is UNESCO Werelderfgoed sinds 1996. In 2021 werd deze uitgebreid met de Nieuwe Hollandse Waterlinie en gingen ze verder als één Werelderfgoed onder de naam ‘Hollandse Waterlinies’.
www.hollandsewaterlinies.nl

Kijk bij de veelgestelde vragen of maak een keuze hieronder.

U kunt nog 250 karakters intypen
Ben je geen robot? Los dit simpele sommetje op: *
17 + 6 =
Ook de gratis nieuwsbrief van de Stelling van Amsterdam ontvangen?
Schrijf je in  
naar boven

Begaanbaar deel van een inundatie in de vorm van een hooggelegen terrein, een weg, (spoor)dijk of een waterweg.

Verdedigingswerk dat een acces verdedigt

Onderstel voor een vuurwapen

Ook wel bolwerk. Vijfhoekige uitbouw van waaruit flankerend vuur kan worden gegeven.

Samenvoeging van een aantal stukken geschut in één organisatie.

Door een aarden wal van de vijand afgeschermde weg waarlangs manschappen en materieel konden worden verplaatst.

Het door metselwerk, beton of grondlaag bestand zijn van een gebouw tegen geschutsvuur.

Beschutte plek van waaruit de verdedigers de vijand kunnen bestoken.

Granaat gevuld met hoogexplosieve springstof.

Een (lage) uitbouw in een gracht van waaruit flankerend vuur kan worden gegeven.

Ook wel schotbalksluis. Tijdelijke waterkering, door het stapelen van balken in uitsparingen, om het water van een inundatie tegen te houden.

Militaire oefening

Zijwaarts gericht vuur.Groot flankement: ondersteunend vuur naar de nevenforten. Klein flankement: vuur dat de eigen omgeving van het verdedigingwerk bestrijkt.

Naar de vijand gericht deel van een verdedigingsweg.

Een onderdeel van het leger dat o.a. als taak heeft om tijdelijke en permanente verdedigingswerken te bouwen. De naam is afgeleid van het Franse woord ingenieur.

(houten) Loods waarin artillerie- en geniemateriaal werd opgeslagen.

Verzamelnaam voor vuurmonden.

Flauw aflopend talud dat buiten de fortgracht ligt en dat vanaf de frontwal met vuur kan worden bestreken.

(Betonnen) onderkomen voor manschappen, in de jaren ’30 onder andere toegevoegd aan het oostfront van de Vesting Holland.

Pantserkoepel die tijdens het geven van vuur omhoog wordt geheven om in rust weer te verzinken en onzichtbaar te worden.

Tabel die is aangebracht naast de geschutsopening om de bedieners van het geschut inzicht te geven in afstanden tot de doelen en de daarmee samenhangende geschutshoeken.

Onderwaterzetting waarmee een vijand op afstand wordt gehouden.

Ook wel inlaatsluis. Sluis die is aangelegd met als doel om water in een bepaald gebied in te laten.

Ruimte die tegen vijandelijk vuur is gedekt en die is voorzien van een schietgat waarachter een vuurwapen wordt opgesteld.

Van de vijand afgekeerde zijde van een verdedigingswerk.

In de forten van de Stelling van Amsterdam is het een kazemat aan de keelzijde van een fort waarmee flankerend vuur op het voorterrein van de buurforten wordt gegeven en van waaruit de keelzijde wordt verdedigd.

Wet van januari 1853, waarin beperkingen waren opgenomen met betrekking tot het bouwen in de nabijheid van verdedigingswerken, de zgn. verboden kringen, om een vrij schootsveld te waarborgen.

Lineair stelsel van samenhangende verdedigingwerken.

Batterij die in de onmiddellijke nabijheid van een verdedigingswerk ligt en die taken uitvoert die vallen onder dit verdedigingswerk.

Waterzuiveringsinrichting die de kwaliteit van het drinkwater verbetert door er ijzer aan te onttrekken.

Stelling waarin terugtrekkende troepen kunnen worden opgenomen.

Batterij die achter pantserplaten is opgesteld.

Fort met één of meerdere gepantserde geschutsopstellingen.

Draaibare gepantserde geschutsopstelling.

Geschut voor frontaal vuur over grote afstand, direct gericht op de vijandelijke posities.

Vuur dat er op is gericht om vijandelijke artillerie uit te schakelen

Eenvoudig (tijdelijk) verdedigingswerk met kleine bezetting.

Ondergrondse, bomvrije verbindingsgang.

Laatste toevluchtsplek voor de verdedigers binnen een verdedigingswerk, dat zelfstandig kan worden verdedigd.

Bomvrije bergplaats voor geschut of ander onmisbaar materieel.

Gedeelte van en terrein dat onder vuur kan worden genomen.

Open binnenruimte van een fort.

Grondplan of plattegrond.

Benaming van het verband dat in 1922 ontstond door de samenvoeging van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, de Stelling van Amsterdam en het zuidelijk rivierenfront.

Wet van 18 april 1874 waarin de vestingwerken werden bepaald die deel uit gingen maken van de landsverdediging.

Aarden ophoging rond een verdedigingswerk, voorzien van een borstwering.